Op het moment dat iemand een ongeval overkomt en ten gevolge hiervan letsel oploopt, heeft men recht op schadevergoeding. De vraag die vervolgens ontstaat is: waar bestaat deze schadevergoeding eigenlijk uit en hoe wordt dit bedrag opgebouwd?
Hierna zal achtereenvolgens in worden gegaan op de vergelijking die wordt gemaakt bij het vaststellen van de schade én het verschil tussen materiële en immateriële schade. Afgesloten wordt met een aantal concrete voorbeelden.
De vergelijking
Bij het vaststellen van de schadevergoeding wordt een vergelijking gemaakt tussen de situatie zoals deze is ontstaan na het ongeval én de situatie zoals deze vermoedelijk zonder ongeval zou zijn geweest. Hier dient (soms) ook de toekomstige situatie in mee te worden gewogen.
Om te beginnen een simpel voorbeeld: iemand heeft kosten moeten maken omdat hij na het ongeval naar het ziekenhuis is gebracht en hierdoor het eigen risico van zijn zorgverzekeraar heeft verbruikt. In de situatie zonder ongeval zou hij dit bedrag hebben bespaard en dus is dit schade ten gevolge van het ongeval.
Ingewikkelder wordt het echter wanneer iemand door een ongeluk voor langere tijd komt uit te vallen voor zijn werk. Een valkuil bij het vorderen van een schadevergoeding vanwege verlies aan verdienvermogen kan in dat geval zijn dat slechts gekeken wordt naar de functie waarin men zich ten tijde van het ongeval bevond en niet naar het carrière-pad dat men zou hebben kunnen bewandelen als het ongeval zich niet had voorgedaan. Op termijn kan een dergelijk verschil namelijk tot grote verschillen leiden als het gaat om de hoogte van de schadevergoeding. Het is daarom van belang dat hier al vroegtijdig aandacht aan wordt besteed, zodat de arbeidssituatie zonder ongeval in de juiste context wordt geplaatst.
Soorten schade
Dan is er nog het verschil tussen materiële en immateriële schadevergoeding.
Immateriële schadevergoeding, ook wel smartengeld genoemd, is de schade door de pijn, de gederfde levensvreugde of het verdriet ten gevolge van een foutieve daad van een derde die aansprakelijk is voor die schade. De hoogte van het bedrag hangt samen met de ernst, de duur en de intensiteit van de klachten. Ook vormt het percentage blijvende invaliditeit een (belangrijke) factor. Dit laatste is een medisch vraagstuk en dient door de betrokken medici in een letselschadezaak te worden vastgesteld. Kenmerkend aan de immateriële schade is dat deze schade weliswaar een grote impact kan hebben op het mensenleven, maar niet direct in geld is uit te drukken. Dit laatste zit hem met name in het feit dat elk mensenleven uniek is en iedere situatie waarin men zich bevindt anders kan zijn. Een verbrijzelde pink heeft bijvoorbeeld voor een professionele pianist (veel) grotere gevolgen dan voor een profvoetballer. Er is in dat geval sprake van een hogere mate van gederfde levensvreugde.
In tegenstelling tot smartengeld is materiële schade wel concreet in geld uit te drukken. Desalniettemin is ook het vaststellen hiervan bij uitstek situatie-gerelateerd. Immers, een slachtoffer van een ongeval die bijvoorbeeld voorafgaand aan het ongeval de huishoudelijke taken reeds had uitbesteed kan voor die kosten geen aanspraak maken op vergoeding daarvan, terwijl iemand die dit voorheen niet deed in beginsel wel aanspraak kan maken op de vergoeding van hulp in de huishouding. De gedachte is dat het slachtoffer uit het eerste voorbeeld deze kosten immers ook zonder ongeval zou hebben gehad. Ook de eerder beschreven vergelijking is in deze gedachte terug te vinden.
Concrete voorbeelden van schade
In een letselschadezaak zal doorgaans een schadestaat worden opgesteld waarin de verschillende schadeposten staan opgesomd.
In eerste instantie kan worden gedacht aan de schade aan het voertuig, de kleding of het telefoontoestel dat door de val/aanrijding beschadigd is geraakt/verloren is gegaan. Vaak komt er een schade-expert aan te pas om de hoogte van deze schade vast te stellen.
Voorts kan onder meer worden gedacht aan reiskosten, ziektekosten (denk aan fysiobehandelingen en medicatie), verlies aan arbeidsvermogen (bijvoorbeeld door matiging salaris/een misgelopen carrièrestap), huishoudelijke hulp, verlies zelfwerkzaamheid (klussen die in en om het huis in de situatie zónder ongeval zelf worden opgepakt maar in de situatie mét ongeval noodgedwongen worden uitbesteed), studievertraging, kinderopvang en benodigde aanpassingen in huis (in verband met de ontstane beperkingen). Deze lijst is niet limitatief. Juist de variëteit en de uniciteit van elk mensenleven maakt het correct en concreet vaststellen van de schade altijd weer tot een uitdaging.
Mochten er vragen zijn ontstaan naar aanleiding van de inhoud van dit artikel, schroom dan niet om contact met ons op te nemen.
Wilt u dat wij contact met u opnemen?
Artikel 186 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bepaalt dat in gevallen waarin bij wet het bewijs door getuigen is toegelaten, op verzoek van een belanghebbende onverwijld (= zonder uitstel) een voorlopig getuigenverhoor kan worden bevolen. Doel van het voorlopig getuigenverhoor Procederen kost niet alleen veel geld, maar vaak ook veel tijd. Soms is het voorafgaand aan […]
Lees verderUit recent onderzoek van VeiligheidNL (kenniscentrum voor letselpreventie) bleek dat artsen op de spoedeisende hulp een toename zien van het aantal verkeersongevallen met een fatbike. Verder viel op dat het aandeel van de leeftijdscategorie 10-14 jarigen steeds groeit. Het onderzoek werd wijd verspreid door de (sociale) media, met een oproep tot het verbeteren van de […]
Lees verderHeeft u schade? Stuur een mail of bel (076) 700 27 75