Het is algemeen bekend dat indien sprake is van pech op de (snel)weg personen wordt aangeraden het voertuig te verlaten, naar de vluchtstrook te lopen, achter de vangrail te gaan staan en de hulpdiensten te alarmeren.
Soms is het toch nodig om op de (snel)weg uit te stappen, om de auto aan de kant te duwen of op andere wijze te proberende de schade te beperken (denk bijvoorbeeld aan het recht zetten van een fiets op een fietsendrager). Indien een bestuurder en/of passagier voor dergelijke situaties op de (snel)weg is uitgestapt kan hij/zij bij een aanrijding onder omstandigheden ook aangemerkt worden als voetganger. Dit betekent dat ook een voetganger die op de snelweg – na het uitstappen uit een auto – wordt aangereden veelal ook de bescherming geniet van artikel 185 Wegenverkeerswet. Een en ander heeft de Rechtbank Amsterdam besloten in de uitspraak van 9 januari 2008, LJN BC1802.
In artikel 19 Reglement verkeersregels en verkeerstekens is geregeld dat een bestuurder in staat moet zijn om zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan overzien en waarover deze vrij is. Overige verkeersdeelnemers moeten bedacht zijn op bijvoorbeeld filevorming (waarbij de vóór de bestuurder rijdende voertuigen ook in voorwaartse beweging zijn), maar niet op een onverwacht obstakel op de weg.
Een over de snelweg voortrijdende automobilist hoeft dus zijn snelheid niet in te stellen op eventueel op de snelweg stilstaande motoren en/of auto’s. Bij pech op de snelweg is aansprakelijkheid van het achteroprijdende motorrijtuig dus niet altijd een gegeven. Indien de achteroprijdende bestuurder kort voor de aanrijding signalen kreeg waaruit hij had kunnen en moeten afleiden dat gevaar dreigde en desondanks de snelheid niet heeft aangepast, zal mogelijk wel sprake zijn van (gedeeltelijke) aansprakelijkheid.
In de uitspraak van 29 november 2017 (ECLI:NL:RBZWB:2017.7819) heeft de Rechtbank Zeeland-West-Brabant geoordeeld dat een op de (snel)weg stilstaande automobilist 66,6 % aansprakelijk is voor het ontstaan van de aanrijding met een achteroprijdende vrachtwagen combinatie. De bestuurder van de vrachtwagencombinatie heeft recht op vergoeding van 2/3 van de schade.
In de uitspraak van de Rechtbank Den Haag van 30 juli 2015 (ECLI:RBDHA:2015, 10584) is besloten dat een auto met lekke band tot stilstand brengen op de spitsstrook niet altijd onrechtmatig hoeft te zijn. De betreffende automobilist had er namelijk alles aan gedaan om andere automobilisten kenbaar te maken dat hij moest stoppen. Hij heeft de gevarenlichten van zijn auto aangezet en zijn snelheid vermindert alvorens hij de auto tot stilstand bracht.
Wilt u dat wij contact met u opnemen?
Artikel 186 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bepaalt dat in gevallen waarin bij wet het bewijs door getuigen is toegelaten, op verzoek van een belanghebbende onverwijld (= zonder uitstel) een voorlopig getuigenverhoor kan worden bevolen. Doel van het voorlopig getuigenverhoor Procederen kost niet alleen veel geld, maar vaak ook veel tijd. Soms is het voorafgaand aan […]
Lees verderUit recent onderzoek van VeiligheidNL (kenniscentrum voor letselpreventie) bleek dat artsen op de spoedeisende hulp een toename zien van het aantal verkeersongevallen met een fatbike. Verder viel op dat het aandeel van de leeftijdscategorie 10-14 jarigen steeds groeit. Het onderzoek werd wijd verspreid door de (sociale) media, met een oproep tot het verbeteren van de […]
Lees verderHeeft u schade? Stuur een mail of bel (076) 700 27 75